Dit laatste hoofdstuk is in 2002 geschreven als aanvulling op de eerdere afleveringen uit 1998-99.
Volgens Craandijk zou de Steeg
eigenlijk de Middachtersteeg moeten heten. Het dorp is in de late
middeleeuwen ontstaan aan de weg van Arnhem naar Dieren, vlak bij het
kasteel. De dominee noemt het '…een gansch nieuwe plaats, met
nette huizen, waar in den zomer kamers worden verhuurd, een paar
logementen en enkele grootere buitenverblijven…'
En alsof het dorp inderdaad pas enige
jaren bestaat: 'Zijn opkomst dankt het geheel aan de
vreemdelingen, die dit door de natuur zo rijk begunstigden oord
bezoeken.' Er is ook niet veel dat van voor de 19e
eeuw dateert. Er staan aan de hoofdstraat een paar laat 17e
eeuwse huizen, maar dat is dan ook alles.
Raadhuis, school en postkantoor werden
rond 1900 gebouwd. De kerk dateert uit 1928, maar vervangt een niet
veel oudere voorganger uit 1877. Verder zijn er een paar aardige
villa's en boerderijen en het van oorsprong 17e eeuwse
landhuis Rhederoord, dat in de 18e eeuw belangrijke
veranderingen onderging en in de 19e verder werd
uitgebreid.
Wij verlaten bij de Steeg de
provinciale weg en rijden de stuwwal van de Veluwe op waar een paar
fraaie vergezichten te genieten moeten zijn.
De Posbank – 'Wat een rijk en
heerlijk panorama ! Op den voorgrond de bosschen met hun tinten van
grijs en geel en lichtgroen, daarachter de heide, purper en bruin,
met witte zandduinen en groene korenvelden, verder in de houtvlakte,
door de zon verlicht, tal van torens - Deventer, Zutfen, Brummen,
Doesburg, Doetinchem, de molen en torens van Didam (…). Welk een
ruim en bloeiend landschap overzien wij van deze hoogte aan den zoom
van het bosch !'
Als altijd is Craandijk lyrisch wanneer
hij van een mooi uitzicht geniet. Deze omschrijving hoort bij de
koepel van Viruly een bouwsel dat eens aan de rand van de Onzalige
bossen stond, ter hoogte van de Steeg. Maar het zou net zo goed op de
Posbank kunnen slaan, een legendarisch uitzichtpunt niet ver daar
vandaan.
Een kronkelende weg voert ons naar wat
bijna het hoogste punt van de Veluwe is. De werkelijke top, met 110
meter het hoogste punt van ons land buiten Zuid-Limburg, ligt een
klein stukje noordelijker aan de rand van de Rheder- en
Worthrederheide. Daar vlakbij heeft de ANWB in 1918 een stenen bank
geplaatst ter herinnering aan bondsvoorman G.A.Pos.
Het is een populair punt waar je bij
mooi weer de dagjesmensen weg moet duwen om ook van de vergezichten
over het IJsseldal te kunnen genieten. Wielrenners testen hun benen
op de klim naar boven, auto's staan er in de file. Hier, aan de
zuidrand van het nationaal park Veluwezoom, heeft Natuurmonumenten in
2001 een theehuis-informatiecentrum geopend, om in de grote behoefte
te voorzien.
Als wij er passeren is er geen mens, de
regen valt bij bakken uit de hemel. We stappen niet eens uit, maar
rijden snel verder richting Rozendaal.
Kasteel Rosendael |
Rozendaal – Naar Rozendaal ben ik
ooit geweest met een excursie van de lagere school. We bezochten het
kasteelpark met de bekende 'Bedriegertjes' en het Openluchtmuseum in
Arnhem.
Kasteel Rosendael *) wordt voor het
eerst genoemd aan het begin van de 14e eeuw. Vanaf 1343 is
het de residentie van de hertog van Gelre en wordt het flink
versterkt. In 1412 wordt het grotendeels door brand verwoest, van de
oude aanleg resteert alleen nog maar een zware hoektoren **).
In de 17e eeuw werd het
deels hersteld, maar in 1714 volgde weer een brand. In opdracht van
Lubbert Adolf Torck werd daarop het huidige vierkante landhuis
gebouwd. In 1834 werd het kasteel met een lagere vleugel uitgebreid.
Sinds 1977 is het eigendom van de Stichting Vrienden der Geldersche
Kastelen die het van 1986 tot '90 liet restaureren.
Craandijk is over het kasteel niet zo
te spreken '… dat in zijn tegenwoordigen vorm de kenteekenen van
zijn hoogen ouderdom grootendeels heeft verloren.' Gelukkig dat
die ene oude toren bewaard is gebleven: 'Die kolossale toren geeft
aan het huis iets eigenaardigs en houdt de herinnering levendig aan
het grijs verleden, dat anders te midden van den tegenwoordigen
luister wel kon worden vergeten.'
Maar het park kan zijn goedkeuring wel
wegdragen: 'Heerlijk is de ligging van het huis te midden van en
prachtig park, met vijvers, fonteinen, watervallen, brede rij- en
wandelwegen, gras en bloemperken en trotsch geboomte.'
Sommige van de waterwerken dateren nog
uit de 17e eeuw. Maar het grootste deel is rond 1720
ontworpen door Daniël Marot. Van mijn eerste bezoek herinner ik me
nog een wiebelige kettingbrug, een schelpengrot en fonteintjes die op
onverwachte momenten begonnen te spuiten. ***)
Naar men zegt is Rozendaal een van de
welvarendste gemeenten van ons land. Nagenoeg alle huizen en gebouwen
in het dorp behoorden tot het kasteel. De kerk werd in 1758 gesticht,
in opdracht van Lubbert Adolf Torck, de naar de familie genoemde
Torckschool stamt uit 1842. Het voormalige hotel Kraaijestein werd in
1838 gebouwd in opdracht van A.L.A. Torck en ga zo maar door.
Er zijn nog verscheidene oudere
woonhuizen, villa's en boerderijen uit de 19e eeuw bewaard
gebleven en langs de beek staan drie molenhuizen uit de 18e
en 19e eeuw. Verder is de begraafplaats, die van oorsprong
voor de bewoners van het kasteel bestemd was, interessant. Naast de
tombes van de adellijke burchtbewoners vinden we er onder meer de
graven van de dichter P.A. de Genestet en van de schrijver W.J.
Hofdijk. ****)
Elly en ik stoppen alleen even voor een
foto van het kasteel.
*)
Modieus ouderwetse benaming ? Dominee Craandijk schrijft gewoon
'Rozendaal'…
**)
Volgens de Kastelengids van Nederland was de ronde toren een
vrijstaande donjon, maar het recentere Monumenten in Nederland
beschrijft hem als de enig overgebleven van een vierkant kasteel.
Toen ik rond 1985 bij de Rijksdienst voor het Oudheidkundig
Bodemonderzoek in Amersfoort werkte zijn er opgravingen gedaan in de
slotgracht. Dat heeft wellicht nieuwe inzichten opgeleverd. Feit is
dat de ronde toren, die oorspronkelijk een verdieping hoger was en
toen 25 meter mat bij een doorsnee van 16 meter, met 4 meter dikke
muren, de zwaarste kasteeltoren van ons land is.
***)Het
oorspronkelijk landgoed is in verschillende delen uiteengevallen. Het
gedeelte direct om het kasteel is in beheer bij het Geldersch
Landschap. De door natuurlijke bronnen gevoede waterwerken en de
daaruit voortvloeiende Rozendaalse beek zijn belangrijk voor enkele
vogelsoorten, waaronder de ijsvogel en de grote gele kwikstaart. Het
park Rosendael is voor een deel van het jaar tegen betaling
toegankelijk. Het zuidoostelijke deel dat, koningsberg genoemd wordt,
is het hele jaar door opengesteld.
Een
ander deel van het oude landgoed is het bosgebied ten noorden van het
kasteel. Dit oude landgoedbos is eigendom van Staatsbosbeheer en vrij
toegankelijk. Een derde aangrenzend gedeelte, Landgoed Rosendael, is
in bezit van de erven van baronesse Zimmerman van Pallandt en
opengsteld op wegen en paden.
Meer
informatie over de openingstijden van en activiteiten rond kasteel
Rosendael vind je op de gezamelijke website van Het Geldersch
Landschap en de Vrienden van de Geldersche Kastelen:
Mooi Gelderland
.
Vanaf
1962 was op Rosendael het Internationale
Burgen Institut
gevestigd en een kastelenmuseum, daarover staat niets (meer) op de
website.
****)
Hofdijk is vooral bekend van het samen met Jacob van Lennep
geschreven meerdelige standaardwerk 'Merkwaardige kasteelen in
Nederland', waarvan het laatste deel in 1860 verscheen. Een jaar of
20 geleden kon je het, in herdruk, bij de Slegte kopen voor ƒ 42,50,
zes paperbacks in een knalgele omslag. Het bevat zeer wijdlopige,
moeilijk leesbare, romantische verhalen, vooral over de bewoners van
de vaderlandse kastelen en weinig feitelijkheden over
bouwgeschiedenis en architectuur.
Weer naar huis – Bij het vallen van
de avond rijden we bovenlangs Arnhem, je komt dan voorbij het
Openluchtmuseum en Burgers Zoo. We nemen de N224, een mooie
provinciale weg die langs Plankenwambuis voert en over de golvende
Ginkelse hei. Via Ede, Renswoude, Scherpenzeel, Leusden en
Amersfoort komen we weer thuis.
Deze verhalenreeks is, in 1998 en '99, geschreven voor de Artishockberichten, het maandblad van culturele vereniging Artishock in Soest. Omstandigheden ter plaatse kunnen inmiddels veranderd zijn.
Bronnen: Grote historische atlas van Nederland - Wolters-Noordhof 1990; Grote topografische atlas van Nederland - Wolters-Noordhof 1987; Ontdek de Veluwe - IVN in samenwerking met de VARA 1981; Handboek Natuurmonumenten 1996; Wandelingen door Nederland, Gelderland I, door J. Craandijk - Tjeenk Willink 1894; Lexicon dorpen en steden benelux - Prisma 1984; Atlas van de Nederlandse kastelen – Sijthof 1980; ENSIE – lexicon 1952, Gids voor Arnhem en omstreken – V.V.V. 1914.
4 opmerkingen:
Eigenlijk twee blogs. Roosendaal zou ik apart doen. Nu wat veel. Vandaag vanuit jouw achtertuin (de Eempolder, ga er eens heen als je kan, zo mooi nu met al die vogels) dwars over de Veluwe naar Arnhem gereden, Helaas was het al donker en kon ik niet echt lyrisch worden van de mooie gezichten.
@martin - Ja, het is een beetje lang. Maar oorspronkelijk waren de laatste 3 hoofdstukken 1 lang verhaal. Dat heb ik dus in 3-en gehakt. Hiermee is het Veluwe-verhaal afgelopen.
Met de scootmobiel kan ik een klein stukje van de Eempolder bereiken, dat aan de Soesterkant van de rivier ligt. Daar helaas niet zo erg veel vogels.
Maar eerdaags staat een tripje te wachten tussen Eemnes en Bunschoten, in het kader van het Zuiderzee-verhaal...;o)
Jan ik kocht gisteren nog een zak uien bij de pont over de Eem. Die zal je dan ook wel nemen.
Hopelijk vaart ie op zondag...
Een reactie posten