donderdag 6 februari 2020

De Zuiderzee – 62 – Het welvarende Purmerend


Dominee Jacobus Craandijk beschrijft, in zijn Wandelingen door Nederland van 1887, een tocht van Amsterdam naar Den Helder, met de trekschuit door het Noord-Hollandsch Kanaal. Hij heeft het over 'veertien of vijftien uren vol onuitsprekelijke verveling'.

Hij vind het landschap saai, vlak en kaal, '...zoals men verwachten kan van een landstreek, die voor het grootste deel uit drooggemaakte meeren bestaat.' Van de paar aardige stadjes en dorpjes onderweg krijgen de trekschuitpassagiers niet veel te zien. Over Purmerend schrijft hij niet meer dan dat het welvarend is. Pas als hij de duinen bij Schoorl ziet montert hij wat op.



Zover gaan wij voorlopig niet. Wij zitten nog in Purmerend, dat er op zondagochtend inderdaad welvarend uit ziet en ook erg stil en verlaten. Door de lege winkelstraten lopen we naar een kleiner pleintje waar aan de ene kant een groot kerkgebouw staat en aan de andere kant het Purmerends Museum. Dit is de kaasmarkt en ook hier is de nodige horeca, met terrasjes, maar koffie lijkt er nog niet te worden geschonken.

De kerk heeft een aparte vorm, achtzijdig, met op vier hoeken een uitgebouwde kapel. De onderste paar meter zijn versierd met banden van lichte en donkere baksteen. Het gebouw dateert uit het midden van de 19e eeuw en is de vervanger van een oudere Gotische kerk.

Het Museum, gevestigd in het voormalige raadhuis, heeft een bordes van waar men het volk toe kon spreken, met aan weerskanten een trap. Een gebeeldhouwd reliëf versiert de ruimte boven de deur en een aardig torentje, met carillon, bekroont het dak. Het werd in de 17e eeuw gebouwd, maar later flink verbouwd en gerestaureerd.

Naast het museum staat een kleiner gebouw met een wit torentje, in de grijze natuursteen boven de ramen zijn opschriften gebeiteld: 'Brandspuit' en 'Teekenschool'. Een aparte combinatie. Thuis zie ik in mijn monumentenboek dat het gebouwtje oorspronkelijk diende als kaaswaag.

We lopen een rondje om de kerk, langs een cafeetje dat 't Hoedje Van De Koningin heet, maar ook nog niet open is. Volgens het monumentenboek is het een voormalig koffiehuis en dateert het uit het begin van de 17e eeuw. Door de schoolsteeg komen we bij de weeshuissteeg, waar inderdaad, op de hoek, het oude burgerweeshuis staat, ingeklemd tussen moderne architectuur.

Boven de met een witte sierlijst omgeven ingangsdeur is een kleurig reliëf aangebracht met een verklarende tekst:

'In dit vernieuwd gebouw
Woont liefde, hulp en troost
Hier zorgt barmhartigheid
Voor het ouderlooze kroost

Er staat ook een jaartal bij, 1789, maar toen was het pand al 150 jaar oud. Nu wonen er geen arme weesjes meer, maar zijn er kantoren. De klanten van de grote supermarkt ernaast stallen hun fietsen voor de deur.

Maar niet op zondagochtend.






Tekening: Gerard Kuit 

Foto's: Jan de Stripman 

Bronnen: Monumenten In Nederland - Noord-Holland 2006; Jacobus Craandijk - Wandelingen door Nederland 1887; Google maps; Wikipedia en andere websites