woensdag 27 maart 2013

Het groene hart 3 - Het Arsenaal en de kaasmarkt in Woerden


Huiverend lopen Gerard en ik om de kerk heen in de richting van de Nieuwe Markt. Volgens mijn plattegrond moet hier ergens Het Arsenaal staan. Zoals we bij het kasteel al hebben gezien heeft Woerden ook in militair opzicht het een en ander meegemaakt. In de 14e eeuw kreeg het stadsrechten en rond 1370 werden de eerste versterkingen, een aarden wal en een gracht, rond de stad aangelegd. Omstreeks 1450 kwam er een stenen muur met uitkijktorens en drie stadspoorten.

Dominee Craandijk verhaalt van schermutselingen tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten waarbij ook Woerden betrokken was: 'Zeker is het, dat zij bij de laatste wanhopige worsteling der Hoekschen, in 1481 door den wakkeren Jan van Montfoort overrompeld en genomen werd. Hij hield het twee jaren, maar uiteindelijk was Maximiliaan van Oostenrijk hem te sterk. Hertog Albrecht van Saksen hernam haar in 1490. Die van Utrecht bleven het omliggende land met strooptogten kwellen.(…) Zo had de grensvesting ruim haar deel in de rampen van den grensoorlog, die onophoudelijk onze gewesten teisterde.'


In 1575 - '76 werd Woerden belegerd door Spaanse troepen. 'Het beleg was lang en streng, broodgebrek en geldgebrek begonnen te heerschen. Gelukkig bragt de hoog gezwollen Rijn er een overvloed van visch…' De stad hield uiteindelijk stand.

In 1672 werd Woerden wel bezet door de Fransen en ging een deel van het centrum in vlammen op. Bij de daaropvolgende herstelwerkzaamheden kreeg de stad zijn huidige plattegrond, in de vorm van een onregelmatige, zespuntige ster. Er werden bastions aangelegd en Woerden werd opgenomen in de Hollandse Waterlinie.

In 1813 werd de stad nog lastig gevallen door de zich terugtrekkende troepen van Napoleon: 'Alles werd geplunderd, lijfsieraden werden den inwoners met geweld afgerukt, zij zelven gedwongen hunne kisten te openen, hun kostbaarheden aan te wijzen en te helpen bij het inpakken en vervoeren ervan.'

Vanaf 1873 werden de bastions weer gesloopt, alleen bij de molen, aan de zuidkant van het centrum en aan de noordkant, waar twee bastions in gebruik zijn als begraafplaats, is de oude walhoogte bewaard gebleven. Bij de twee noordelijke bastions is de binnenste singel ook behouden. De buitenste singel is nog in zijn geheel aanwezig.


Het eerste gebouw dat we abusievelijk voor het Arsenaal aanzien is in werkelijkheid de voormalige kazerne uit 1791. Het forse, grijze gebouw is momenteel in gebruik als politiebureau. We zien al snel onze vergissing in en vinden het Arsenaal vlak voor onze neus, op de hoek van de kaasmarkt aan de Hoge Woerd. Het is een vierkant gebouw, met grote rondboogpoorten, uit 1762. De poorten worden geflankeerd door rechtop in de grond gestoken kanonslopen, die dienstdoen als schamppalen en zo voorkomen dat in en uit rijdende karren de poortdoorgangen zouden beschadigen.

Het Arsenaal is momenteel in gebruik als partycentrum, voor feesten 'van 20 tot 800 personen'. Een paar jaar geleden ben ik hier eens geweest mijn vrouw. Het bedrijf waar ik werkte had er een feest georganiseerd, in western stijl, met bedienend personeel in cowboypakken, Amerikaans bier, hamburgers en linedancing.

Naast het Arsenaal staat een merkwaardig gedenkteken, een vierkant huisje met een bel erin. Op een van de zijkanten is een plaquette met een gedicht aangebracht:

'Die alles wil wat de ogen zien - Die handel drijft op het woord misschien - Die onbetaald zijn goed vertrouwd - Die niet nauwkeurig boeken houdt - Die zelden rekent, zelden schrijft - Een wonder als hij koopman blijft.'

Op een andere zijde staan, met schoolkrijt geschreven, de laatste prijsnoteringen voor de Woerdense kaasmarkt: '4,60 tot 4,70 per kilo. Handel kalm.' Het huisje is geplaatst in 1925 toen de kaasmarkt 40 jaar bestond.


Klappertandend lopen we terug naar de auto, onderwijl op zoek naar een café en een kop warme koffie. Een verwarde man komt ons luid bellend tegemoet fietsen, zijn blonde dreadlocks wapperend in de koude wind. Het eerste café waar we binnen stappen blijkt nog niet open te zijn, maar de waard verwijst ons naar een volgende drankgelegenheid die recht tegenover de parkeerplaats blijkt te liggen. Daar warmen we ons wat op, stuurs aangestaard door een paar stamgasten die al aan het bier en het biljart zijn.

De man met de dreadlocks komt weer bellend voorbij. Men schijnt hem te kennen want er worden wat snerende opmerkingen gemaakt. Na een vluchtige blik op de landkaart verlaten we Woerden en zoeken we de weg naar Linschoten.


Ps: De 'verwarde man', die ons met wapperende dreadlocks tegemoet kwam fietsen, blijkt Cor van Gulik te zijn geweest. Een plaatselijke bekendheid waaraan o.a. een Hyvespagina is gewijd: corvgulik.hyves.nl/

Cor is inmiddels helaas overleden.

Een lezeres van het Volkskrantblog schreef: 'Cor van Gulik was een heel bijzondere man. Over hem zou ook een boek geschreven kunnen worden. Bij scouting Woerden is er ook een speciale Cor van Gulik groep.'


NB: Dit verhaal is geschreven in 2003 en eerder gepubliceerd in de Artishockberichten, programmablad van de vereniging Artishock in Soest en op het Volkskrantblog.


Tekening: Gerard Kuit

Bronnen: Wandelingen door Nederland, Utrecht - J. Craandijk, 1874; Kastelengids van Nederland - Doriann Kransberg en Hans Mils - 1979; Monumenten in Nederland, Utrecht - Zwolle, 1997.

Links:


Woerden op Wikipedia

Het kasteel op Wikipedia 

Locatie Woerden op Google-maps 


Oude foto's en historische informatie is te vinden bij Streekarchief Rijnstreek en Lopikerwaard


Zie ook Beleef Woerden 


maandag 18 maart 2013

Het groene hart - 2 - Woerden, kasteel, kerk en stadhuis

Hoewel het echte winterweer nog moet komen is het op de eerste zondag van december al behoorlijk koud. Een gure wind blaast ons om de oren als we de stille straat oversteken naar het kasteel van Woerden. Gerard draagt zijn fototas en beklaagt zich dat hij geen dikkere jas heeft aangedaan. Ik draag een lekker windjack maar bedenk me dat ik het plattegrondje van de stad, dat ik thuis gekopieerd heb, in de auto heb laten liggen.



Ik keer terug om het op te halen en als ik weer tegenover het kasteel sta kan ik Gerard niet meer vinden. Er van uitgaande dat hij wel weer op zal duiken neem ik de omgeving eens rustig in me op. Links van me is een brug over de stadsgracht. Als we die over zouden steken komen we bij het station. Dat is overigens niet meer het station waar dominee Craandijk in 1874 uit stapte. Hij vermeldt:'…een houten station…' en '…een dito stationskoffijhuis…'. In 1913 kwam een nieuw stationsgebouw gereed, van rode baksteen, versierd met witte en gele, geglazuurde stenen in Jugendstil-motieven.

Voor me ligt het kasteel. Het heeft een vierkante plattegrond, met op elke hoek een lage toren en midden in de brede voorgevel, een hoog poortgebouw dat een klein stukje uitspringt. Drie van de hoektorens zijn rond, twee zijn weinig meer dan een onderbouw, een is iets hoger en heeft een achtkantig dak. De vierde toren is rechthoekig en voorzien van gevangeniscellen.


Het gebouw deed lang dienst als gevangenis, maar was ook artillerie-opslagplaats en tot 1986 militair kledingmagazijn. Het is door hertog Jan van Beieren gesticht, aan het begin van de 15e eeuw. Maar het is niet het eerste kasteel van Woerden, dat stond vermoedelijk midden in de binnenstad en kwam voort uit een door Floris V gebouwd steenhuis.

Het was Floris' bedoeling om het zo de bisschop van Utrecht lastig te maken, maar de heren van Woerden keerden zich tegen hem. Herman van Woerden was een van de edelen die betrokken waren bij de moord op de Hollandse graaf in 1296.

De geschiedenis van Woerden gaat nog veel verder terug. De Romeinen hadden hier, aan de noordgrens van hun rijk, een fort, het castellum Laurum. Men heeft bij opgravingen resten van houten kaden en schepen gevonden, maar hoe het fort er precies uitzag is nog onbekend.

Inmiddels is Gerard weer terug, hij was een stukje richting station gewandeld, om een beter uitzicht op het kasteel te krijgen. Samen lopen we de Rijnstraat in die met een ruime bocht, de oude loop van de rivier volgend, het stadje doorsnijdt.

Eerst komen we langs de Rooms-katholieke st. Bonaventurakerk, een groot neogotisch bouwwerk waar de gelovigen net de mis beëindigd hebben. Niet ver daar vandaan springt een ander gebouw in het oog, een rijk gedecoreerd pakhuis met grote deuren in de gevel. Er is een Chinees restaurant in gevestigd en volgens de gevelsteen zou het uit 1845 stammen.

Als ik het thuis nazoek blijkt het een voormalig kaaspakhuis te zijn dat in werkelijkheid in 1890 gebouwd is. Dat is ook geloofwaardiger omdat er pas in 1885 een kaasmarkt in Woerden werd opgericht. Een paar huizen verder staat een soortgelijk pakhuis, alleen wat eenvoudiger uitgevoerd. De kaasindustrie was lange tijd belangrijk voor Woerden, we zullen daar later nog meer van merken.


De weg klimt een beetje en na een honderdtal meters slaan we linksaf de Kerkstraat in. Zo komen we bij de oude hervormde kerk, een laat-gotisch godshuis waarvan de toren omstreeks 1375 is gebouwd. De rest dateert uit de 15e eeuw en vervangt een oudere, vermoedelijk tufstenen kerk.

De show wordt hier echter gestolen door het, ernaast gelegen, voormalige stadhuis. Craandijk was er ook van onder de indruk: 'De voorgevel van het stadhuis vormt een schilderachtig tafereeltje (…). Het bovendeel van den gevel is van het jaar 1617, het benedenstuk dagteekent van 1555. De top, waar het beeld der gerechtigheid prijkte in een nis tusschen twee platte pilasters onder een frontespies, is verdwenen, evenals de stoep (…). Maar de "kaak" bestaat nog, de korte, tamelijk dikke zuil, waarop de boeteling stond als op een piedestal, om hals en armen vastgehouden door de ijzers, die nog in den muur zijn bevestigd.'

Inmiddels is de gevel gereconstrueerd en prijkt Justitia weer in de top. De meeste indruk wekt echter de raampartij op de eerste verdieping, die uit zes aan elkaar gekoppelde kruisvensters bestaat en daarmee de hele breedte van het pand beslaat. Aan de zijkant staat nog een aardige zeskantige traptoren met in de spits een luiklokje.

Het pand was in gebruik als stadhuis tot 1890, daarna als kantongerecht en sinds 1933 is het stadsmuseum er gevestigd. Binnen zijn onder andere Romeinse vondsten te zien. Maar op deze koude zondag is het gesloten. Het kasteel dat gevangenis was, het stadhuis annex gerechtsgebouw met de schandpaal, we zullen nog meer voorbeelden van historische rechtspleging tegen komen op onze tocht.


NB: Dit verhaal is geschreven in 2003 en eerder gepubliceerd in de Artishockberichten, programmablad van de vereniging Artishock in Soest en op het Volkskrantblog.


Tekening: Gerard Kuit

Bronnen: Wandelingen door Nederland, Utrecht - J. Craandijk, 1874; Kastelengids van Nederland - Doriann Kransberg en Hans Mils - 1979; Monumenten in Nederland, Utrecht - Zwolle, 1997.

Links:


Woerden op Wikipedia

Het kasteel op Wikipedia 

Locatie Woerden op Google-maps 

Zie ook Beleef Woerden 


donderdag 7 maart 2013

Het groene hart - 1 - Op weg naar Woerden


In 1874 wandelde dominee Jacobus Craandijk langs Woerden, Linschoten, Montfoort en IJsselstein, door het gebied dat we nu 'Het groene hart' noemen. Hij begint zijn reisverslag met een opmerking over de rijkdom van deze streek: 'Wij gaan een togt maken naar een drietal kleine, maar belangrijke steden, in de historie van Holland en het Sticht ten naauwste betrokken, eens sterke grensplaatsen met haar geduchte burchten, tooneelen van al de wisselvalligheden van den grensoorlog, beurtelings kloek verdedigd en dapper bestormd, gewonnen en verloren, plat gebrand en herbouwd…'

Kasteel Woerden

De dominee doelt hierbij op de middeleeuwse schermutselingen tussen de bisschoppen van Utrecht en de graven van Holland. Steden als Woerden en Oudewater wisselden een aantal keer van eigenaar. De laatste keer bij een provinciale herindeling aan het eind van de 20e eeuw, toen ze (definitief ?) bij de provincie Utrecht kwamen.

Vóór de middeleeuwen was het in deze streek ook onrustig omdat de grens van de Romeinse veroveringen hier liep. En na het vertrek van de Romeinen ruzieden de Franken en de Friezen over de zeggenschap over het gebied rond de oude Rijn.


Craandijk beklaagt zich er over dat de moderne vervoermiddelen, in zijn geval de trein, niet meer door de oude stadjes rijden, maar er langs. Vroeger, toen men nog met de postkoets reisde, was dat heel anders. 'De diligence van den Haag op Utrecht, vice versa, reed Woerden door en wisselde er van paarden. Dat was de grootste gebeurtenis van den dag. Wat hebben onze plattelandsstadjes met de diligence niet verloren !'

Het is er in de afgelopen eeuw alleen maar erger op geworden. Na de spoorweg kwam de snelweg en het meeste verkeer scheurt nu op ruime afstand aan de bebouwing voorbij. Op veel plaatsen is het landschap aan het oog onttrokken door geluidschermen en alleen op plaatsen waar de weg langs weilanden voert kun je nog wel eens iets van de omgeving zien.

Natuurlijk is het voor de bewoners van die oude stadjes en schilderachtige dorpen wel prettig dat niet alle snelverkeer door de bebouwde kom hoeft, maar de toerist in eigen land kan beter de snelweg links laten liggen en de oudere routes kiezen. Toen Gerard en ik op een koude zondagochtend in december naar Woerden reden maakten we de verstandige keuze om de snelweg al bij de Meern te verlaten.

Komende vanuit Utrecht passeer je, op de A12 richting Den Haag, na de brug over het Amsterdam-Rijnkanaal, eerst de uitgestrekte nieuwbouw van Leidsche Rijn. Een nieuwe stad in aanbouw, achter een hoge geluidwerende wal. Na afslag de Meern en een kleine omleiding door een wijkje met gloednieuwe kantoorpanden komen we bij de rivier zelf.

Een paar honderd meter later halen we opgelucht adem. Het is koud en grijs buiten, het stroompje is al in de 12e eeuw helemaal rechtgetrokken en herinnert in niets aan de machtige grensrivier die het ooit geweest moet zijn. Maar het uitzicht is er buitengewoon prettig. Mooie boerderijen, van behoorlijk oud en schilderachtig tot modern en fris, staan in groene weilanden, met wilgen langs de sloten, zover het oog reikt.


Na een kilometer of drie komt een eerste bocht en even later doemt Harmelen op. Een aardig dorp met een vroegmiddeleeuwse oorsprong. Men verklaart de naam als een samenstelling van 'her', dat leger betekent, denk aan 'heerschaar', en 'malen' dat op een verzamelplaats zou duiden. Harmelen zou dus, in de vroege middeleeuwen, een legerplaats zijn geweest.

Een stukje buiten het dorp staat het huis Harmelen waarvan de grondvesten in de 13e eeuw gelegd zijn. We werpen er vanuit de verte een blik op. Het aardige dorpscentrum kunnen we ook niet meer dan een vluchtige blik gunnen. Ons doel is Woerden.

De weg volgt nu de ruime slingers van de Rijn en na een paar gehuchten met namen als Haanwijk, Putkop en Geestdorp bereiken we de buitenwijken van Woerden. Om half elf parkeren we de auto tegenover het kasteel. Een groot bord maakt duidelijk dat er kantoorruimte in het slot te huur is *). Een spandoek eronder laat weten dat Sinterklaas er tijdelijk zijn hoofdkwartier heeft.


NB: Dit verhaal is geschreven in 2003 en eerder gepubliceerd in de Artishockberichten, programmablad van de vereniging Artishock in Soest en op het Volkskrantblog.


Tekening: Gerard Kuit

*) Op de website van makelaar DTZ was te lezen dat er in het kasteel 3195 m2 kantoorruimte te huur was voor € 324.453,- exclusief BTW. Wie geïnteresseerd was kon zich rond laten leiden. Inmiddels wordt het kasteel geëxploiteerd als restaurant en zalencentrum, zie: kasteel Woerden 

Bronnen: Wandelingen door Nederland, Utrecht - J. Craandijk, 1874; Monumenten in Nederland, Utrecht - Zwolle, 1997; Website van de gemeente Woerden .

Links:

Harmelen op Wikipedia 

Woerden op Wikipedia

Het kasteel op Wikipedia 

Locatie Woerden op Google-maps