dinsdag 31 mei 2011

De Vecht 23 – Naar Nigtevecht

Vanaf de Nes is de Vecht een grensrivier. Wij rijden door de provincie Utrecht, maar aan de overkant ligt Noord-Holland. Daar zien we nieuwbouw van Overmeer, een dorp vlak onder Nederhorst den Berg. We passeren kaas- en ijsboerderij ‘de Willigen’ waar je ook logeren kunt. Het ziet er schilderachtig uit, een grote boerderij met een bemost dak. De weg wordt heel smal, tussen rietkragen en wilgenbomen. Een fazant wandelt voor ons rustig de weg over. In een boomgaard lopen ganzen.

We houden even halt bij een grote boerderij met een merkwaardig houten aanbouwseltje. Thuisgekomen probeer ik op internet uit te vinden hoe het hier geheten kan hebben, maar helaas kan ik niets vinden. Volgens mijn informatie staan er verschillende monumentale boerderijen, aan de rivier, tussen Vreeland en Nigtevecht. Sommigen dateren uit de 17e en 18e eeuw, maar een afbeelding van dit monument kom ik niet tegen.


We komen langs nog twee molens, de Hoekermolen uit 1874, bemaalde tot 1960 de, links van ons gelegen, Hoekerpolder. Wat verderop, de Nigtevechterweg is inmiddels overgegaan in de Vreelandseweg, staat de Garstenmolen, een achtkantige bovenkruier uit 1876, die vroeger de Garstenpolder droog hield.

We stoppen deze keer niet want het is weer gaan regenen. De zon schijnt even later tussen de wilde wolken door en tovert een regenboog over de groene weidevelden. De weinige mensen die we tegenkomen gaan gelukkig per fiets, er zou op dit weggetje geen plaats zijn om een tegenligger te laten passeren.


Kerk en dorpsschool - Nigtevecht
Vlak voor Nigtevecht blijkt dat de gele waarschuwingsborden, aan het begin van de weg, er toch niet voor niets stonden. Het wegdek is hier grotendeels verwijderd en we hobbelen voorbij het plaatsnaambordje. De weg wordt ook wat breder en gaat weer tussen mooie boerderijen door. Alsof het afgesproken werk is komt ons hier voor het eerst een auto tegemoet.

We komen uit op een iets grotere weg en slaan rechtsaf, waar over de brug het eigenlijke dorp Nigtevecht ligt. Links van de brug voert een kort waterweggetje naar het brede Amsterdam-Rijnkanaal, rechts liggen wat jachtjes en maakt de Vecht een scherpe bocht naar het oosten.

Over de hoofdweg rijden we bijna heel Nigtevecht door. Wat niet al te ver is, want het is geen groot dorp. Vanwege de zondagse drukte bij de kerk vinden we pas een eindje verderop, tegenover een lagere school, een plaatsje om te parkeren. Het is droog geworden, de paraplu kan in de auto blijven. We stappen uit en wandelen kalmpjes terug naar de kerk.



Dit verhaal verscheen in 2008 in de Artishockberichten, verenigingsblad van culturele vereniging Artishock in Soest. Omstandigheden kunnen inmiddels veranderd zijn.
 



Tekening: Gerard Kuit


Bronnen: J. Craandijk - Wandelingen door Nederland 1890; Jac. P. Thijsse - de Vecht 1915; ENSIE Lexicon 1952; Kransberg en Mils - Kastelengids van Nederland 1979; Atlas van de Nederlandse kastelen 1980; Monumenten in Nederland 1996; Handboek Natuurmonumenten 1996; Cultuurhistorische routes in de provincie Utrecht - De Hollandse waterlinie 1996.

Websites algemeen: www.vecht.nl en www.hollandsewaterlinie.nl  
Over Nigtevecht: www.stichtsevecht.nl en Wikipedia


Meer informatie over de Nederlandse windmolens vind je op de Molendatabase.nl

Nigtevecht op Googlemaps
 

dinsdag 17 mei 2011

De Vecht 22 – De Nes

Het is nog donker als ik wakker word en het regent pijpenstelen. Gelukkig duurt het nog een paar uur voordat Gerard de auto voor zal rijden, dus misschien wordt het nog beter. Vandaag, alweer een zondagochtend, maar nu een herfstige, gure zondag in november, reizen we van Vreeland naar Nederhorst den Berg. Het is al dagen slecht weer, maar je weet maar nooit.

Rond half tien rijden we langs het Hilversums kanaal en klaart de hemel helemaal op. Roeiers doen hun best op het water en wij houden de moed erin. Gerard heeft op tv gezien dat we vaak veel te somber doen en ik vind ook dat je optimistisch moet zijn, dan wordt het vast een prachtige dag.





In Vreeland wurmen we ons over het smalle bruggetje bij Hotel de Nederlanden en slaan rechtsaf. Het plan is om langs de Vecht naar Nigtevecht te rijden. Er staan grote gele borden met waarschuwingen voor wegwerkzaamheden, maar we wagen het er op. Optimisme, weet je wel.

Aanvankelijk staan er nog aardige vrijstaande huisjes langs de rivier en kleine villaatjes, maar al spoedig wordt de weg smaller en rijden we langs rietkragen en boomgaarden. We passeren weilanden met schaapjes, terwijl de lucht weer betrekt. De zon zet een rij bomen aan de horizon in een helder licht.



 We stoppen even bij korenmolen ‘de Ruiter’, waarvan de bovenste helft dateert uit 1735. Aanvankelijk stond de molen in de Kaagpolder bij Barsingerhorn. In 1910 is hij naar Vreeland verplaatst, om een afgebrande molen op deze plaats te vervangen. Op zaterdagen is ‘de Ruiter’ open voor publiek.

Even verder maakt de rivier een scherpe bocht naar links. We kunnen het, door de woonboten die hier liggen, niet goed zien, maar we zijn nu ter hoogte van ‘de Nes’, een eilandje dat ontstaan is door het afsnijden van een meander in de rivier. In de 17e eeuw werd daartoe een kanaal gegraven.

In 1633 werd ‘de Nes’ gekocht door Pieter Reael, een gefortuneerd koopman en reder uit Amsterdam, die het om doopte tot ‘Reaelen eylant’. Later bouwde zijn kleinzoon er een buitenhuis. Dat ‘Huis te Nigtevegt’ werd in de 19e eeuw gesloopt en op de plaats ervan kwam een papierfabriek te staan.

Maar ook die ging ten gronde en in 1934 werd het eilandje gekocht door de Amsterdamse Ballast Mij die het, voor de zandwinning, grotendeels weg liet baggeren,. Hierdoor is de Nes nu een meertje geworden omringd door lage, met bomen en bosjes begroeide, eilandjes.

Het gebied is eigendom van Natuurmonumenten. Er groeien elzen, wilgen en essen en in de winter vinden watervogels als de kuifeend, de tafeleend en het nonnetje er toevlucht.



Jac P. Thijsse brengt het Realeneiland in verband met de 17e eeuwse dichter Roemer Visscher, maar over die connectie heb ik op het internet niets kunnen vinden. Visscher, die koopman in granen was, hield bijeenkomsten met kunstvrienden, dichters en schrijvers en behoorde tot de Muiderkring rond Pieter Corneliszoon Hooft. Maar Visscher overleed in 1620, toen moest het huis van de familie Reael nog gebouwd worden.

Als Thijsse hier in 1914 langs wandelt is de Nes ‘…heelemaal begroeid met griendhout, alleen zijn er nog een paar rijen vruchtboomen, die nu hun zwarte takken, waaraan de knoppen zich pas beginnen te ontwikkelen, somber afsteken tegen het vroolijk bloeiende wilgenhout.’

We maken een paar foto’s en vervolgen onze weg, richting Nigtevecht.



Dit verhaal verscheen in 2008 in de Artishockberichten, verenigingsblad van culturele vereniging Artishock in Soest. Omstandigheden kunnen inmiddels veranderd zijn.
 



Tekening: Gerard Kuit


Bronnen: J. Craandijk - Wandelingen door Nederland 1890; Jac. P. Thijsse - de Vecht 1915; ENSIE Lexicon 1952; Kransberg en Mils - Kastelengids van Nederland 1979; Atlas van de Nederlandse kastelen 1980; Monumenten in Nederland 1996; Handboek Natuurmonumenten 1996; Cultuurhistorische routes in de provincie Utrecht - De Hollandse waterlinie 1996.

Websites algemeen: www.vecht.nl en www.hollandsewaterlinie.nl  
Over Loenen, Vreeland en Nieuwersluis: www.stichtsevecht.nl en de Historische Kring Gemeente Loenen: www.hkgl.nl 


De Nes op de site van Natuurmonumenten 

Korenmolen de Ruiter heeft een eigen website 

De Nes op GoogleMaps

 

zaterdag 7 mei 2011

De Vecht 21 – De geschiedenis van Vreeland

Tussen 1257 en 1260 bouwt de Utrechtse bisschop Hendrik van Vianden een kasteel aan de Vecht, bij een gehuchtje dat vermoedelijk Dorsen of Dorsken heette. Die naam wordt al in geschriften uit de 7e en 8e eeuw genoemd en er is nog steeds een polder vlakbij die de Dorssewaardse polder heet. De bisschop noemt zijn nieuwe kasteel Vreeland.

Hij hoopt dat hij met dit kasteel de heren van Amstel, die goede maatjes zijn met de Graaf van Holland, in bedwang kan houden en zo een vrije doortocht over de rivier zeker kan stellen. Voor de handel vanuit Utrecht is dit van levensbelang. In de loop van de volgende eeuwen wisselt het kasteel een aantal malen van eigenaar. Het wordt belegerd door Floris V, het wordt verpand als de bisschop geld nodig heeft en uiteindelijk wordt het in 1490 ingenomen door Maximilliaan van Oostenrijk.

Maximilaan, de zoon van Frederik III, wordt in 1493 tot keizer van het heilige Roomse rijk gekroond. Vanaf 1482 is hij door zijn huwelijk met Maria van Bourgondië, die weer een dochter is van Karel de Stoute, de feitelijke machthebber over de Nederlanden. Maximiliaan is de grootvader van keizer Karel V. 




Kasteel Vreeland komt, samen met het slot van Abcoude, in het beheer van de stad Amsterdam. Kastelen hebben tegen die tijd veel van hun militaire belang verloren. De Amsterdammers doen dan ook niet veel aan onderhoud en in 1528-29 sloopt men het vervallen kasteel. Van de stenen worden gebruik gemaakt bij de bouw van kasteel Vredenburg in Utrecht.

Je zou zeggen dat er door alle bezitswisselingen niet veel terecht gekomen is van de oorspronkelijke bedoeling van Hendrik van Vianden: namelijk dit deel van de Vechtstreek behoeden voor de Hollanders. Toch steekt de provincie Utrecht hier nog steeds een puntig vingertje omhoog in de buik van de provincie Noord-Holland.


Vreeland - straatje

Van het roerige verleden is nu niets meer te merken. Op het oude kasteelterrein, aan de Kleizuwe, hebben jarenlang de voetballers van Sperwer hun wedstrijden gespeeld. Nu is het in gebruik als speelweide en zijn er vage plannen om er iets te doen dat aangeeft dat hier ooit een belangrijk kasteel gestaan heeft.

Het dorp Vreeland, dat rond het kasteel ontstond, kreeg in 1265 stadsrechten, maar raakte die in 1560 weer kwijt. Erg stads doet het ook niet aan. Er is een rijtje leuke oude huizen langs de rivier. Een aantal daarvan heeft een zogenaamde overtuin, een perkje aan het water, aan de overkant van de weg.

Bij de brug staat een aardig, achtkantig brug- wachterhuisje en aan de overkant is het chique hotel-restaurant ‘de Nederlanden’. Daarachter heeft men in de afgelopen halve eeuw wat nieuwbouw gepleegd. Het nieuwbouwwijkje is inmiddels groter dan het oude gedeelte, maar dat hindert niets. Wij wandelen terug, richting kerk en vinden eindelijk een restaurant dat open is. Het draagt de raadselachtige naam ‘Noord-Brabant’, maar de koffie is er goed…






Dit verhaal verscheen in 2007 in de Artishockberichten, verenigingsblad van culturele vereniging Artishock in Soest. Omstandigheden kunnen inmiddels veranderd zijn.
 


Tekening: Gerard Kuit


Bronnen: J. Craandijk - Wandelingen door Nederland 1890; Jac. P. Thijsse - de Vecht 1915; ENSIE Lexicon 1952; Kransberg en Mils - Kastelengids van Nederland 1979; Atlas van de Nederlandse kastelen 1980; Monumenten in Nederland 1996; Handboek Natuurmonumenten 1996; Cultuurhistorische routes in de provincie Utrecht - De Hollandse waterlinie 1996.

Websites algemeen: www.vecht.nl en www.hollandsewaterlinie.nl  
Over Loenen, Vreeland en Nieuwersluis: www.stichtsevecht.nl en de Historische Kring Gemeente Loenen: www.hkgl.nl 
 
Wikipedia over: Vreeland

Vreeland op GoogleMaps