De meeste mensen zullen bij Vollenhove
denken aan Pieter van, maar het is ook een alleraardigst stadje aan
de voormalige Zuiderzeekust. Gelukkig heeft men, bij de aanleg van de
Noordoostpolder, hier een wat breder stuk water gepland, zodat je er
ook een mooi zicht op hebt.
De haven ligt nu vol met
plezierjachten, maar Vollenhove was vroeger een vissersplaats. Jac.
P. Thijsse noemt in zijn boek 'Langs de Zuiderzee' de
garnalenpellerij en de ansjovispakkerij. Maar toen naderde het einde
al, zoals voor alle vissersplaatsjes langs de Zuiderzee.
Het stadje wordt in de 10e eeuw voor het eerst genoemd. Een eeuw later werd er een versterkt huis gebouwd, waar nog wat later een kerkje naast verrees. In 1170 werd die eerste versterking door Bisschop Godfried van Rhenen vervangen door een echt kasteel, met gracht. Dat is nog te herkennen in de oude vissershaven, met middenin het eiland waar de burcht ooit op stond.
Rond het kasteel bouwden de belangrijkste personen uit de entourage van de bisschop, de borgmannen, hun huizen. Daaruit ontwikkelden zich in de 17e eeuw 13 havezaten, een aantal daarvan zijn nu nog in Vollenhove terug te vinden.
Na de ontruiming van Schokland vestigde een aantal Schokkers zich in de ruïnes van het kasteel. Gaandeweg werd de haven vergroot. De laatste resten van de burcht en de door de Schokkers gebouwde huisjes, werden in 1955 gesloopt.
Als wij er aankomen hebben we de pech dat een van de straten in het centrum opgebroken is. We werpen een blik op de Grote- of St. Nicolaaskerk, die waarschijnlijk de opvolger is van het oudste kerkje uit 1100. De zware 16e eeuwse toren staat los van de kerk en is vastgebouwd aan het opvallende stadhuis. Dat heeft een gevel met lichte en donkere banden, een galerij met zuilen en een uitgebouwd balkon.
Aan de rechterkant van het stadhuis staat de woning van de stadsbode, die sinds halverwege de 19e eeuw in gebruik is als herberg en later hotel-restaurant. Het stadhuis heeft sinds enige tijd ook een horecafunctie.
Een andere opvallende gevel aan het kerkplein is die van de Latijnse school. Het is een 17e eeuws pand waarvan de straatkant versierd is met zandstenen speklagen, ornamenten en bogen boven de kruisvensters. Het is later gebruikt als Franse school en kostschool. In een aanbouw aan de rechterkant zijn twee brede deuren met ronde bovenkant, voor één daarvan staan aan weerszijden rijk bewerkte stoepstenen uit de 17e eeuw. Volgens een klein uithangbordje wordt er antiek verkocht.
Het stadje wordt in de 10e eeuw voor het eerst genoemd. Een eeuw later werd er een versterkt huis gebouwd, waar nog wat later een kerkje naast verrees. In 1170 werd die eerste versterking door Bisschop Godfried van Rhenen vervangen door een echt kasteel, met gracht. Dat is nog te herkennen in de oude vissershaven, met middenin het eiland waar de burcht ooit op stond.
Rond het kasteel bouwden de belangrijkste personen uit de entourage van de bisschop, de borgmannen, hun huizen. Daaruit ontwikkelden zich in de 17e eeuw 13 havezaten, een aantal daarvan zijn nu nog in Vollenhove terug te vinden.
Na de ontruiming van Schokland vestigde een aantal Schokkers zich in de ruïnes van het kasteel. Gaandeweg werd de haven vergroot. De laatste resten van de burcht en de door de Schokkers gebouwde huisjes, werden in 1955 gesloopt.
Als wij er aankomen hebben we de pech dat een van de straten in het centrum opgebroken is. We werpen een blik op de Grote- of St. Nicolaaskerk, die waarschijnlijk de opvolger is van het oudste kerkje uit 1100. De zware 16e eeuwse toren staat los van de kerk en is vastgebouwd aan het opvallende stadhuis. Dat heeft een gevel met lichte en donkere banden, een galerij met zuilen en een uitgebouwd balkon.
Aan de rechterkant van het stadhuis staat de woning van de stadsbode, die sinds halverwege de 19e eeuw in gebruik is als herberg en later hotel-restaurant. Het stadhuis heeft sinds enige tijd ook een horecafunctie.
Een andere opvallende gevel aan het kerkplein is die van de Latijnse school. Het is een 17e eeuws pand waarvan de straatkant versierd is met zandstenen speklagen, ornamenten en bogen boven de kruisvensters. Het is later gebruikt als Franse school en kostschool. In een aanbouw aan de rechterkant zijn twee brede deuren met ronde bovenkant, voor één daarvan staan aan weerszijden rijk bewerkte stoepstenen uit de 17e eeuw. Volgens een klein uithangbordje wordt er antiek verkocht.
NB: Dit verhaal is geschreven in 2017, voor het verenigingsblad van Artishock in Soest. De situatie ter plaatse kan inmiddels veranderd zijn.
Tekening: Gerard Kuit
Bronnen:
Dr. L. van Egeraat – Het Onbekende Nederland 196?; Jac.P.Thijsse –
Langs de Zuiderzee 1915; Google maps; Wikipedia en andere websites
Een website met bijzonder veel
informatie over Vollenhove, zijn geschiedenis en monumenten is: www.henkvanheerde.nl/vollenhove
Geen opmerkingen:
Een reactie posten