Het is de laatste dag van maart. De
lucht is bewolkt en het heeft een beetje geregend, maar als we uit
Soestdijk vertrekken is het droog. Op de ringweg Amsterdam breekt de
zon door.
We nemen deze keer de afslag richting
Volendam, maar kiezen voor een omweg, over de N235 langs het
Noordhollandsch Kanaal. Dit is het biljartlakenvlakke, Hollandse
polderlandschap. Vijf eeuwen geleden was hier meer water dan land.
Wikipedia heeft een lijst van meer dan 70 droogmakerijen, in grootte
van 2 hectare – zeg maar 4 voetbalvelden, zoals het Hoornse
Weeltje, bij Hoorn – tot ruim 7000 hectare.
We zijn hier vlak bij de Beemster, een
van de grootste inpolderingen en zullen later een stukje door de
Purmer rijden, dat is een bescheiden middenmoter wat oppervlakte
betreft. Van de aardrijkskundelessen kunnen we ons ook nog wel de
Wormer en de Schermer herinneren, maar er zijn er dus nog veel meer.
De allergrootste, 7600 hectare, meer dan 30.000 voetbalvelden, is de
Zijpe bij Schagen.
Watergang |
Het Noordhollandsch Kanaal, waar we
langs rijden, is de eerste poging om de haven van Amsterdam met de
Noordzee te verbinden. Later zou men, dwars door de duinen, het
Noordzeekanaal graven, maar aan het begin van de 19e eeuw zag men op
tegen de grote waterwerken, sluizen en dijken, die dan aangelegd
zouden moeten worden.
Een kanaal van Amsterdam naar Den
Helder, over de hele lengte van Noordholland leek dan makkelijker te
realiseren. Het werd met schep en kruiwagen gegraven, door 9000
arbeiders, die karig betaald werden. Wikipedia schrijft:
'Vooral in de winter was het leed
groot. Regelmatig waren er ongeregeldheden en de regering werd
genoodzaakt militaire eenheden langs het kanaal te stationeren om de
controle te behouden.
Het kanaal had een lengte van 80 kilometer. Het was 40 meter breed
aan de waterspiegel en had een diepte van 6 tot 7 meter over een
bodembreedte van bijna 10 meter. Het was destijds het breedste en
diepste kanaal ter wereld. Het kanaal heeft zo'n 11 miljoen gulden
gekost en de aanleg duurde ongeveer vijf jaar.'
Nu ligt het Noordhollandsch Kanaal er
vredig bij. Wij slaan na een paar kilometer rechtsaf en vinden een
parkeerplaats op 50 meter van de kerk van Watergang. Dat is een
lieflijk dorpje. Boerderijen liggen er roerloos, elk op hun eigen
eilandje, een aantal met een eigen, wit geschilderde ophaalbrug. Een
vlaamse gaai vliegt door een van de tuinen.
Zoals vaak op zondagochtend lijkt
Nederland verlaten. Een oudere man trekt zich niets aan van de
zondagsrust en is bezig grind te storten in de voortuin van zijn
huis, geholpen door een peuter in een knalgeel overalletje met een
blauw mutsje op. Hij zegt vriendelijk goedemorgen, als we hem
groeten, het kind heeft alleen oog voor het grind.
Watergang is ontstaan in de 14e eeuw en
was er dus al lang voor het kanaal gegraven werd. Het kleine kerkje,
dat bereikbaar is via een ophaalbrug, heeft een leuk, wit, houten
spitsje en dateert uit de 17e eeuw. De meeste boerderijen zijn van
het stolptype, woongedeelte en stallen onder één, piramidevormig
pannendak.
We maken wat foto's en gaan dan verder,
weer langs het kanaal, richting Ilpendam.
NB: Op de website van Theo Bakker, die
helemaal gewijd is aan de Noordhollandse droogmakerijen, is te zien
hoeveel water er ooit was. Er is ook een animatie die aangeeft
hoeveel er door overstromingen en landafslag nog bij had kunnen
komen.
Tekening: Gerard Kuit
Foto's: Jan de Stripman
Foto's: Jan de Stripman
Bronnen: Monumenten In Nederland - Noord-Holland 2006; Jac.P.Thijsse –
Langs de Zuiderzee 1915; Google maps; Wikipedia en andere websites
1 opmerking:
Schreef ik deze week elders al: allemaal heel herkenbaar. Je rijdt hier vaak door verdwenen water. Soms onvoorstelbaar, soms zie je het als je even wegmijmert zo voor je.
Een reactie posten